Boomkwekers+experimenteren+met+in+vitro
Nieuws
© Arno Engels

Boomkwekers experimenteren met in vitro

Enkele boomkwekerijen vermeerderen houtige gewassen via weefselkweek als alternatief voor het traditionele stekken, enten of afleggen. Bij houtige gewassen is het geen kwestie van een laboratorium inrichten en in vitro starten. Het duurt jaren om het juiste vermeerderingsprotocol te achterhalen.

Over het vermeerderen van houtige gewassen via weefselkweek is wel het een en ander in de literatuur te vinden, maar de praktijk is anders. 'We hebben alles zelf moeten uitzoeken', zegt Luciano Schrama van Schrama Nurseries in het Flevolandse Biddinghuizen, een bedrijf dat vruchtbomen en vruchtboomonderstammen kweekt.

Het uitzoeken ging met vallen en opstaan. 'Als je uiteindelijk weet hoe je een soort of type onderstam via in vitro kunt vermeerderen, blijkt hetzelfde protocol niet te gebruiken voor een andere soort.'

Prunus Gisela

Schrama begon 25 jaar geleden met in-vitrovermeerdering van kersenonderstammen, specifiek typen van Prunus Gisela. 'Omdat deze niet via afleggen op moerbedden zijn te vermeerderen.'

We ontsmetten constant onze handen, dragen labjassen, mondkapjes en haarnetjes

André Boereboom, eigenaar Boereboom Stekcultures in Eindhoven

In vitro bleek voor de kweker het alternatief en intussen lukt de vermeerderingsmethode eveneens bij andere soorten en typen onderstammen. 'Van appel tot pruim', somt hij op. 'Het lukt ons ook met sommige vruchtbomen. We groeien nu ook langzaam in in vitro van blauwe bessen.'

Alternatief voor stekken

Ook André Boereboom is met in vitro gestart als alternatief voor het stekken van sierheesters. Voor Boereboom vormde een marktsituatie de aanleiding om weefselkweek te onderzoeken, naast zijn bedrijf Boereboom Stekcultures in het Noord-Brabantse Eindhoven.

'Er was in 2010 een overaanbod aan stekken als traditionele vermeerderingsmethode. Daardoor stonden de prijzen onder druk. Als ik nog tien jaar vooruit wilde met mijn bedrijf, moest ik me onderscheiden. Iets doen wat een ander niet kan doen', licht de kweker toe.

Laboratorium

Net als Schrama heeft Boereboom zelf moeten uitzoeken hoe bepaalde sierheesters via weefselkweek zijn te vermeerderen. Uitwisseling van ervaringen is er niet in de sector, omdat protocollen verschillend en beschermd zijn. Boereboom haalde eerst weer zijn kennis op van zijn vroegere opleiding, volgde een nieuwe cursus en richtte een laboratorium in.

'Daarna was het een kwestie van beginnen en doen', zegt de kweker, maar dit kostte wel leergeld. 'Als je een laboratorium begint, moet je eerst enkele jaren investeren in het juiste protocol. Hoe moet je een plant schoonmaken? Hoe moet het medium zijn samengesteld waarop het gewas moet wortelen? Auxine is een belangrijk onderdeel, maar er zijn ook suikers nodig.'

Het lukt Boereboom nu om moeilijk te stekken sierheesters, zoals Cotinus, via weefselkweek jaarrond te vermeerderen, terwijl het stekken van Cotinus alleen gedurende enkele weken in juni mogelijk is. Dan staan de groeipuntjes even stil, waarop de stek moet worden geknipt voor het hoogste slagingspercentage en vaak valt dat tegen.

Steriel werken

Aseptisch werken is bij in-vitrocultuur van cruciaal belang, ofwel steriel werken om te voorkomen dat bijvoorbeeld bacteriën voor besmettingen kunnen zorgen. Boereboom heeft zowel in Eindhoven als in Portugal weefselkweeklaboratoria met cleanrooms. 'We ontsmetten constant onze handen, dragen labjassen, mondkapjes en haarnetjes', zegt hij.

Schrama gaat zover niet. 'Wij werken wel steriel, ofwel alles waarmee we plantmateriaal vastpakken moet steriel blijven.'

Bacteriën en schimmels

Op plantmateriaal bevinden zich altijd wel bacteriën of schimmels. Er hoeft maar een spoortje mee te gaan op een voedingsbodem in een petrischaaltje, of er ontstaat snel een besmetting. Boereboom ontsmet daarom zijn plantmateriaal met bleekwater. Dat luistert nauw.

'Als je een jong schotje in bleekwater doopt, kan het zo weg zijn. De scheidingslijn tussen wat wel en niet kan met ontsmetten, is dun.' Verder gebruikt de kweker alcohol. 'Om de waslaag van blad te breken.' Al het materiaal dat Boereboom in zijn vermeerdering gebruikt, niet alleen voor in vitro maar ook voor stekken, betrekt hij van zijn opdrachtgevers in de boomkwekerij.

Bij Schrama komt het materiaal voor in vitro van het Toetscentrum van Naktuinbouw in het Limburgse Horst. 'Dat is gecertificeerd vrij van virussen waarop het onderzocht is', legt hij uit.

Voordelen

Met in-vitrocultuur zijn in korte tijd grotere aantallen uniforme planten te kweken dan met traditionele vermeerderingsmethoden. Kwekers zien de voordelen steeds meer in, merkt Boereboom, ook wanneer zij sneller op de markt willen komen met bijvoorbeeld een nieuw soort. Een vooroordeel dat aanvankelijk over in vitro heerste, is verdwenen.

'Planten uit weefselkweek zouden niet bloeien, maar dat is niet waar. Als je de juiste hormonen toedient, bloeien planten wel', stelt Boereboom, die bewijs levert met Clematis uit in vitro. 'Clematis die we in april inzetten, heeft al in juni de eerste bloem gevormd.'

In vitro kan traditionele vermeerdering deels vervangen
Vermeerderaars verwachten dat weefselkweek steeds belangrijker wordt in de boomkwekerij. Er zijn geen cijfers bekend over de omvang, evenmin van het aandeel boomkwekerijgewassen dat nog traditioneel door middel van stekken, afleggen, enten of oculeren wordt vermeerderd. Voor André Boereboom uit Eindhoven neemt weefselkweek een groot deel in van zijn vermeerdering. Hij brengt per jaar 6 miljoen stekken van sierheesters aan de wortel. Boereboom is ervan overtuigd dat bijvoorbeeld laan- en sierbomen, die van oudsher worden geënt of geoculeerd, ook in vitro zijn te vermeerderen. Vruchtbomen voor de professionele fruitteelt groeien van oudsher op onderstammen, wat afleggers zijn van moerbedden. Het aandeel onderstammen uit in vitro neemt toe. Luciano Schrama uit Biddinghuizen vermeerdert nu bijna net zoveel onderstammen op moerbedden als in vitro.

© 2020 Smartfarming.nl is een uitgave van AgriPers bv.